
De aard van de hulpverlening van Socius bleef in 2017 in grote lijnen ongewijzigd en de vraag van klanten onveranderd groot. Wel vonden hier en daar aanpassingen plaats in processen en procedures om de hulpverlening efficiënter te laten verlopen en het effect te versterken. Daarbinnen stond het vergroten van de zelfredzaamheid van klanten uiteraard centraal.
Sociaal Juridische Dienstverlening
De vraag naar Sociaal Juridische Dienstverlening was in 2017 onverminderd groot. Om wachttijden te voorkomen zijn de werkprocessen nog efficiënter en doelmatiger ingericht. De duur van een afspraak werd uitgebreid en die extra tijdsinvestering zorgde ervoor dat de klant meer zelf kon doen en de hulpverlener minder overnam. De meeste vragen betroffen belastingen en sociale zekerheid. De sociaal raadslieden verwezen klanten die ondersteuning nodig hadden op bijvoorbeeld psychosociaal gebied door naar hun collega’s of andere organisaties. Ook in 2017 bleek de digitalisering voor een aantal burgers een probleem te zijn en ten koste te gaan van hun zelfredzaamheid.
De sociaal raadslieden staken ook veel energie in het vergroten van de deskundigheid van professionals en vrijwilligers. Dat gebeurde onder andere door tweemaal per week spreekuren te houden bij de Sociaal Teams en beschikbaar te zijn voor vragen.
Tot het aanbod van de sociaal raadslieden behoorde ook de screening van aanvragen voor de Voedselbank, vanuit oogpunt van preventie een belangrijke dienstverlening. In de meeste gemeenten steeg het aantal screeningen. Telkens werd gekeken of andere ondersteuning nodig/wenselijk is, zoals Maatschappelijk Werk of informatie over gemeentelijke voorzieningen. In 2017 werd nauw samengewerkt met de Bibliotheek inzake de begeleiding bij belastingaangiftes. De vraag werd actueel hoe de Sociaal Juridische Dienstverlening van Socius meer in het kader van de Sociaal Teams ingezet kan worden. Socius Beverwijk liep hierop vooruit en koppelde twee sociaal raadslieden aan de Sociaal Teams, om snel in te kunnen gaan op vragen en mee te kunnen denken in specifieke cases.
Algemeen Maatschappelijk Werk
Het Maatschappelijk Werk beantwoordde in 2017 veel vragen op het gebied van financiën, huisvesting, opvoeding, relaties, scheiding en psychosociale problematiek. Vaak hadden klanten meerdere problemen. Het aantal en de aard van de vragen werd beïnvloed door de inzet van de Sociaal Teams. Zo waren er meer eenmalige consulten na verwijzing door de Sociaal Teams en ook nam het aantal complexe situaties toe. In complexe situaties waren meestal meer contacten met en over klanten noodzakelijk dan voorheen. De behoefte van klanten aan online dienstverlening was voor Socius reden om meer gebruik te maken van social media en te starten met Two2Tango
Veel vragen betroffen financiële en schuldenproblematiek met achterliggende problemen die de situatie in stand hield of verergerde. Dit waren vaak intensieve trajecten waarbij regelmatig overleg tussen professionals onderling noodzakelijk was. In Beverwijk werd een Inloopspreekuur Geldzaken in het leven geroepen om meer klanten sneller te kunnen helpen. Ook speelden vrijwilligers vaker een rol bij financiële problemen en schulden, bijvoorbeeld via Financiële Administratie Thuis (FAT).
Bob Walter, gebiedsmanager in Beverwijk, hierover: ‘Vrijwilligers van FAT zagen in 2017 veel klanten met psychische problemen. Dat maakte de inzet van een vrijwilliger vaak intensiever, langduriger en vergde meer overleg met de coördinator. De vrijwilligers zijn inmiddels getraind in het omgaan met mensen met een verstandelijke dan wel psychiatrische beperking.’ Meer en meer bleek de digitale post een struikelblok, zo ervoeren de vrijwilligers, en regelmatig leidde dit tot problemen.
Ouderenadvisering
Ten opzichte van 2016 vertoonde het aantal aanmeldingen bij de ouderenadviseurs in enkele gemeenten een lichte daling. Dat heeft ongetwijfeld te maken met de activiteiten van het Sociaal Team rondom ouderen. Merkbaar was dat ouderen vaker gebruik maakten van het eigen netwerk. Het aantal klanten dat zich meldde met psychische gezondheidsproblemen en dan vooral beginnende dementie daalde in een aantal gemeenten. Socius gaat samen met MaatjeZ in gesprek met alle ketenpartners om te kijken waarom deze kwetsbare ouderen minder in beeld komen. De themabijeenkomsten voor ouderen, met als doel het versterken van zelfredzaamheid en participatie, werden goed bezocht. Meestal ging het bij ouderen om financiële problemen en het bijhouden van de administratie. Ook was er vaker dan voorheen sprake van ouderenmishandeling. Hierover vond goed overleg plaats met de Veilig Thuis-organisaties.
De huisbezoeken die in vrijwel alle gemeenten door vrijwilligers werden gedaan, zijn in preventieve zin van belang maar signaleerden ook situaties waarin direct hulp gewenst was. In dat geval verwezen de vrijwilligers door. Ook informatie over voorzieningen voor ouderen was een belangrijk onderwerp binnen het huisbezoek.
Jeugdhulpverlening
Socius voerde in de IJmond-gemeenten een groot deel van het Jeugdmaatschappelijk Werk uit. De afgelopen jaren is er veel veranderd binnen de structuur van de jeugdhulp/jeugdzorg. Het is belangrijk om daarbinnen een doorgaande lijn te creëren van lichte, preventieve vormen van ondersteuning tot en met de zwaardere en intensievere vormen bij complexe problematiek. De jeugdmaatschappelijk werkers vormen op de scholen al een belangrijke schakel in die doorgaande lijn, maar moeten daarvoor beter bereikbaar zijn. Daarom is begin 2017 de verbrede aanmeldroute ingegaan. Primaire vindplaatsen blijven de scholen, maar de jeugdmaatschappelijk werkers ontvangen ook aanmeldingen van bijvoorbeeld de Sociaal Teams en de CJG-coaches. ‘Nog meer kan bereikt worden door de multidisciplinaire samenwerking tussen jeugdhulp en onderwijs te versterken,’ aldus gebiedsmanager in Heemskerk, Lisa Philips. ‘Om die reden is in Heemskerk en Beverwijk een project gestart, in samenwerking met de gemeenten, het CJG en de GGD. Doelen zijn korte lijnen, vaste gezichten, tijdige en passende inzet van zorg en een duidelijke toegang tot hulp, voor jongeren en hun ouders.’ Onder begeleiding van een supervisor zijn alle scholen bezocht met als doel te komen tot maatwerk per school. Er zijn onder andere afspraken gemaakt over zichtbaarheid van de teams op de scholen en het effectief inzetten van de verschillende disciplines waarover de drie partijen beschikken. Cruciaal is ook de samenwerking van onderwijs en jeugdhulp bij Passend Onderwijs. De gesprekken hierover zijn in 2017 op gang gekomen. Gebiedsmanager Antoine Boulanger hierover: ‘In Velsen werken we nauw samen met CJG en GGD binnen de zogenoemde Jeugdteams in het basisonderwijs. Dat maakte doorverwijzen en op- en afschalen eenvoudiger, zo bleek in de praktijk.’
Ook heeft Jeugdmaatschappelijk Werk de samenwerking met de CJG’s in praktische zin versterkt. Zo komen er vaker medewerkers van het CJG op de locaties van Socius te werken. In Heemskerk is dat al gerealiseerd en in Velsen zijn hierover concrete afspraken gemaakt. Ook Beverwijk heeft de intentie uitgesproken.
Over het algemeen waren de problemen waarmee kinderen en hun ouders bij de jeugdmaatschappelijk werkers kwamen complexer, met vooral gedrags- en opvoedingsproblemen en gebrek aan sociale vaardigheden als signalen. De trajecten waren daardoor intensiever. Daarnaast was er een groot aantal informatie- en adviesvragen vanuit de scholen. Het Jeugdinterventie Team had daarbinnen een aparte taak, gericht op zorg mijdende jeugd. Met behoud van methoden en expertise gaat dit Team op in het Jeugdmaatschappelijk Werk. De wijze waarop dit gebeurt, verschilt per gemeente.
Groepswerk
Een belangrijke plaats in het aanbod van Socius is ingeruimd voor het groepswerk. In de cursussen was veel aandacht voor het versterken van de zelfredzaamheid van inwoners. Vaak werd deelname aan een cursus gecombineerd met individuele gesprekken of online hulpverlening, maar net zo vaak werd door deelname aan een cursus individuele hulpverlening voorkomen of beperkt. Dat de inhoud van een cursus bepaald wordt door de deelnemers, was nieuw in 2017.
Comments are closed.